Vandaag zit ik in een ziekenhuis, het is stil op zaal. Ik loop mijn rondje en ik hoor getik, het is een soort doffe tik alsof er iemand ergens op tikt met zijn nagel. Natuurlijk kon ik niet ontdekken waar het vandaan komt. Ik deel een halve zaal met mijn collega, haar dossiers heb ik nog niet gelezen.
Bij mijn tweede ronde hoor ik het weer, het geluid komt uit haar kant van de zaal. Ik luister naar de klok, dat is het niet. Eén van de bedden dan, nee ook niet? Dat vind ik gek!
Neem me niet in de zeik!
Ik loop de koffiekamer in en vraag haar of ze al op zaal is geweest, gelijk erachteraan vraag ik wat dat getik is. Ze begint te lachen, ‘dat is het hart’. Nu dacht ik wel veel gezien te hebben in de zorg en ik ben vrij nieuw in dit ziekenhuis maar dit kende ik niet, eigenlijk werd ik een beetje boos omdat ik dacht dat ze me in de zeik zat te nemen.
“Joh, ik weet dat ik jong ben, maar je hoeft me niet in de zeik te zetten.” Ik zie haar schrikken, ik ben nogal fel en mijn zware en harde stem maken vaak wel indruk als ik die verhef. Ze logt in op het grote scherm in de post en klikt zijn thoraxfoto open. Ik sta te kijken, dat hart is van plastic. Nu snap ik het tikken, het zijn de kleppen die ik open en dicht hoor gaan.
Wacht dit is wel even een stapje te snel.
Laat ik het beter uitleggen, een jaar geleden heb ik ergens gelezen dat ze in Utrecht succesvol een kunsthart hebben ingebracht bij iemand. Ze halen het eigen hart eruit en zetten er een soort plastic hart weer in. Die neemt vanaf dat moment de pompfunctie over. In ons hart zitten verschillende kleppen die open en dicht gaan om te zorgen dat het bloed maar een kant op gaat, dat principe werkt ook zo in het plastic hart. Wat je dus hoort tikken is plastic op metaal of net waar die klep van gemaakt is, onze eigen kleppen die klepperen tegen vlees op dat hoor je dus niet. Wat je wel kan horen met een stethoscoop is het stoppen van de bloedstroom, dat noem je een harttoon. Als laatste zal ik roepen dat een thoraxfoto een röntgenfoto van je borstkas is.
Nu ik dat heb uitgelegd
Natuurlijk bied ik mijn excuus aan, want ik heb me natuurlijk weer veel te snel opgenaaid. Daar ben ik goed in trouwens, mezelf opnaaien! Nu ik dit zo typ, moet ik wel grinniken, ik ben bijna twee meter en heb een mond zo groot als een schuurdeur. Als ik mijn stem verhef reken dan maar dat je me een blok verderop woord voor woord kan verstaan, maar hoe imposant ik er ook uit kan zien? Zo onzeker kan ik soms zijn, dat wil ik niet altijd maar goed ik ben genezen van de hoop dat mijn faalangst ooit nog over gaat.
’s Ochtends
Tegen de ochtend voer ik bij de EWS uit bij mijn patiënten, dat gaat gepaard met wat rumoer en het tikken wordt overstemd. De patiënt is wel wakker dus toen ik klaar was liep ik even naar dat bed toe. Uit automatisme schuift de patiënt de mouw omhoog.
Ik vertel dat het niet nodig is, voor deze patiënt bestaat geen indicatie om EWS uit te voeren, ook wel is fijn. Achteraf had ik misschien even moeten vragen of ik de bloeddruk wel mag meten op een mechanisch hart, ik weet niet of één van jullie dat weet? Maar natuurlijk wil ik van alles weten dat ik ook heb gevraagd. Het hart is in Duitsland geplaatst, grappig genoeg heeft de patiënt een filmpje op de telefoon van zijn operatie, je ziet op het filmpje het mechanische hart geplaatst worden.
Het hart.
Dat hart is natuurlijk niet zoals dat van mij, een ECG draaien of de patiënt in een MRI schuiven gaat niet. Eigenlijk wel grappig maar een reanimatie starten is ook niet handig. Ik bedoel het is plastic, dus hoe effectief zou dat zijn? Grappig eigenlijk voor dat ik dit hart heb gehoord en gezien heb ik daar nooit bij stilgestaan.