Niks zeggen, maar zo goed weten wat er aan de hand is.

Ik wilde vandaag schrijven over Marie. Een aantal dagen geleden nam ik een filmpje op over haar op mijn TikTok. Ze is overleden, en hoewel ik veel over de dood schrijf, is dat niet de hoofdboodschap. Ik wil Marie graag optekenen in een verhaal zodat ik haar niet vergeet.

Ze ligt in een ziekenhuiskamertje op mijn afdeling. Een jaar of vijfendertig, blond, blauwe ogen en een ontwapenende glimlach. Ze heeft samen met Rob twee kinderen en liefhebbende ouders en schoonouders. Je kunt je voorstellen dat Marie niet voor haar zweetvoeten in dat ziekenhuis ligt. Ik moet overigens de eerste patiënt nog tegenkomen die wel voor zweetvoeten is opgenomen, maar dat geheel terzijde. Marie krijgt nog een aantal onderzoeken en ze heeft er al een aantal gehad. Het gaat niet lekker met Marie.

ZZP’er

Jullie weten inmiddels dat ik zzp’er ben. Ik word ingehuurd door een ziekenhuis om te vervangen, wegens ziekte, wegens zwangerschap en ga zo maar door. Dat betekent dat ik niet in vaste dienst ben van het ziekenhuis, ik ben PNIL. Dat lijkt op PWIL en beiden klinken alsof een bokser je kunstgebit in tweeën heeft geslagen, maar het staat voor Personeel Niet In Loondienst. Op sommige punten ben ik dan ook wat minder strikt met de regels en afspraken. Een van die gouden regels waar ik me aan houd, is dat ik mijn bakkes houd. Het is aan de arts om uitslagen te vertellen, dus of die nu fout of goed is? Ik zeg niks.

In dit geval moest ik een week vervangen. Eigenlijk waren het maar drie diensten, maar uiteindelijk werden het er zeven. Marie werd op dag drie vanuit de SEH opgenomen op onze afdeling. Omdat het ziekenhuis mij een beetje kent, weten ze dat ik het prettig vind om alle diensten op dezelfde kamers te staan. Dat is lekker makkelijk en ik hoef niet steeds opnieuw in te lezen. Ik kom hier nu al zo lang dat de collega’s dat ook prima vinden.

Eerste ontmoeting

Een opname van zo’n jong iemand waar niet helemaal duidelijk is wat er precies aan de hand is, verloopt altijd net even anders dan bij de mensen die al een diagnose hebben. Het is nu extra belangrijk om goed door te blijven vragen in mijn anamnese. Samen met haar man en kinderen zitten we in een tweepersoons zaaltje (kamer) en ik stel de vragen die HIX mij voorschotelt. We praten over de kinderen en school. Op een gegeven moment was ik ook niet meer zo eng en kwamen ze naast me zitten op de vensterbank om te kijken wat ik allemaal aan het doen was. We spreken uitgebreid over problemen, gezondheid en de kinderen. Haar man Rob vertelt zijn kant van het verhaal en met een zeer uitgebreide anamnese konden we van start.

Geweldig werk, of geweldig klote werk

Mijn vak is het allermooiste. Ik mag op het meest kwetsbare moment van iemands leven binnenwandelen, een stukje met ze oplopen en daarna weer afscheid nemen. Maar soms is mijn werk ook ontzettend boosmakend, frustrerend en heb ik het grootste klote beroep dat er bestaat. Inmiddels, na tien jaar aan het bed, weet ik dat het leven superoneerlijk is. Je hoopt altijd maar dat dit de ‘laatste’ keer is geweest dat het gebeurt.

Maar ja, Marie ligt dus in dat ziekenhuis en ik lees de uitslagen die langzaam in HIX terechtkomen. Want ja, ik zit natuurlijk in haar dossier en wij kunnen dan alles gewoon lezen, ook de aantekeningen van de arts. Alles bij elkaar vertelt mij, en ik neem het nu even op één jaar, maar wij hebben natuurlijk geen glazen bol. Om de woorden van Jochem Meyer te gebruiken: “De natuur bepaalt zelf het tempo”.

We kunnen simpelweg niet vertellen hoe lang iemand heeft. Dat lijf blijft ons soms echt verbazen, maar net als bij iedereen hangt er bij zieke mensen geen klok boven hun hoofd waarop wij kunnen zien wanneer de tijd is gekomen.

Niks zeggen

Marie heeft nog een jaar te leven en ik weet wat er gaat komen. Ik weet dat dit een jaar wordt waarin ze moet gaan beslissen of ze begraven of gecremeerd wil worden. Ze is 35 hè, waar ze begraven wil worden of gecremeerd. Ze moet gaan beslissen of de as bij de echtgenoot thuis komt, bij haar ouders of in een urnenmuur. Of ze een steen wil en hoe die er dan uit moet gaan zien. Ze moet beslissen hoe haar laatste kleding eruit moet zien, in wat voor kist ze wil liggen. Maar ook welke muziek te horen zal zijn. En ik weet dat dit allemaal op de nek van Marie en Rob gaat komen. Zij weet nog van niks weten en dat de arts die middag het nieuws gaat brengen. Ik weet ook dat ik nog naar binnen moet.

Ik loop naar de kamer toe, de deur zit dicht en op dat moment zakt letterlijk al mijn moed me in de schoenen. Aan de andere kant van de deur hoor ik autootjes over de vloer gaan, ik hoor gelach en ik hoor de vrolijke stemmen van haar kinderen. Met lood in mijn klompen trek ik de deur open, zet mijn grootste glimlach op en ga mee in het spel van hun leven. Ik ga mee in de kinderen die over de vloer racen met hun autootjes, de echtgenoot die zegt: ‘Wat een mooi weer is het buiten, de vogeltjes fluiten en het zonnetje schijnt.’ en Marie die zegt: ‘Ja, ik ga zo nog even naar het dakterras.’ Ik ga er allemaal in mee.

Ik help haar uit bed te komen en andere kleding aan te trekken. Ze zegt: ‘Heb je al wat gehoord van alle onderzoeken?’ Hoopvol kijkt ze mij aan. ‘Nou, we wachten nog op wat uitslagen, maar de dokter komt vanmiddag langs om het met u te bespreken.’ zeg ik. Ze kijkt me aan en ik zie haar ogen breken. Ze knikt en ploft in de rolstoel.

EN IK WEET HET, maar ik moet mijn bakkes houden.

De deur uit

Op dat moment, op het moment dat ik die deur uitloop en de deur achter mij dichtduw, is het enige dat ik kan doen naar de koffiekamer lopen. Over de lange gang van het ziekenhuis zie ik mijn collega’s heen en weer lopen, ik zie de artsen en ik loop. Alles gaat voorbij als in één soort waas. Ik loop naar de koffiekamer en laat een traan. Ik pak een bak koffie en ga even zitten. Soms is dit leven ontzettend hard en ontzettend oneerlijk.

Inmiddels weet ik dat Marie is overleden. En ja, ik moet heel eerlijk zeggen, toen ik vanochtend van mijn collega dat berichtje kreeg, deed het mij wat. Dit leven is soms ontzettend oneerlijk, en ik heb het mooiste vak van de hele wereld, hè. Maar dit soort dingen… Iemand die midden in het leven staat, daar kan ik soms echt mee zitten.

Foto van Broeder Sjuul

Broeder Sjuul

Ik ben Julian Hooikaas, 25 jaar oud en werkzaam in de zorg. Ik schrijf de leuke, maar ook de minder leuke gebeurtenissen in mijn vak op. Je leest ze hier voor mij is het een uitlaatklep en mijn steun en toeverlaat af en toe.

Over Mij

foutje ontdekt?

Oeps Foutje? Heb jij een foutje ontdekt in mijn blog? Ik ben natuurlijk gewoon een mens en ik maak ook schrijffouten, wil je zo aardig zijn om mij een mailtje te sturen? Info@broedersjuul.nl

Cookies voor Broeder Sjuul.

Koekje erbij?

Hoi, wat leuk dat je mijn site bezoekt. Laten we een koekje erbij nemen. Cookies zijn belangrijk om mijn website te laten werken. Daarom vraag ik je om akkoord te gaan met de cookies, ga je niet akkoord? Dan wordt je automatisch doorgestuurd naar Google en kun je Broeder Sjuul niet gebruiken.